24 november 2015

Dorpskernenbeleid en (sociale) woningbouw

Ooit sprak een fractielid van de VDD op een verkiezingsbijeenkomst: “Onze kinderen gaan elders studeren, na hun studie naar Purmerend  en als ze het zich kunnen veroorloven dan  komen ze terug. Goedkope nieuwbouw is hier niet nodig”. Dat beleid heeft effect. Goedkope woningen worden uit elk project geweerd en de verplichting afgekocht door de ontwikkelaar.

Het is in ieder geval niet doenlijk wanneer je in Bloemendaal in een van de kernen opgegroeid bent om er terug te komen. De weinige nieuwbouw die er is, is voor startende  jong-volwassenen redelijk onbetaalbaar.

Je kan natuurlijk de verantwoordelijkheid voor een evenwichtige woningmarkt bij andere gemeenten leggen. Dat is een oplossing, maar wel een egoïstische. De terloopse manier, waarop tijdens de vorige begroting de reserve voor sociale woningbouw (ontstaan door afkoopsommen van ontwikkelaars)  weggesluisd werd naar de algemene reserve, is een cynisch voorbeeld van hoe er gedacht wordt over de verantwoordelijkheid ten opzichte van de huisvesting in alle kernen van de  gemeente. Nu, bij de start van de tweede begrotingsperiode van VVD, D66 en GroenLinks moeten wij constateren dat deze geluiden rond een evenwichtige invulling van de bouw danig op de achtergrond zijn geraakt.

De VVD hanteert, ook in expliciete uitingen, een conservatief beleid. Bloemendaal moet vooral een dorpengemeenschap blijven waar de captains of industry zich meer dan thuis voelen. Een soort van enclave in een verder roerige metropoolregio. In zijn afscheidsspeech maakte voormalig wethouder Kokke daar nog een opmerking over, luidende: “…maar dat betekent niet dat er niets mag!”

En mogen wij er vervolgens op rekenen dat de twee partijen in het linker gedeelte van het spectrum zich hard blijven maken voor sociale woningbouw? Er liggen nog voldoende uitdagingen in het verschiet. 30% Sociale woningbouw van een bouwproject dient de standaard te zijn, en niet het afkopen van die verplichting.

Een belangrijke rol dicht de PvdA toe aan de samenwerking met de woningcorporaties. Het feit dat PvdA en CDA met hen een compromis konden bereiken over het terugschroeven van voor de corporaties beperkende maatregelen, stemt de fractie tot tevredenheid en een voorzichtige hoop voor de toekomst.